Op 21 mei 2019 is het wetsvoorstel voor de herziening van het stelsel van partneralimentatie aangenomen door de Eerste Kamer. De huidige maximale termijn van 12 jaar staat al erg lang ter discussie. Bij relatief korte huwelijken wordt een termijn van 12 jaar tegenwoordig vaak als onredelijk gezien. Nu het wetsvoorstel is aangenomen komt daar verandering in.

Wat houdt de nieuwe wet in?

De gemiddelde duur van partneralimentatie wordt verkort. Voorheen gold de termijn van maximaal 12 jaar. Volgens de nieuwe wet wordt de termijn waarover partneralimentatie wordt betaald afhankelijk van de duur van het huwelijk. De wet gaat uit van de helft van de duur van het huwelijk met als maximum 5 jaar.

Wel zijn er enkele uitzonderingen:

  • huwelijken die langer geduurd hebben dan 15 jaar waarbij degene die de partneralimentatie zal ontvangen maximaal 10 jaar jonger is dan de AOW-leeftijd. In die situatie geldt dat de partneralimentatie pas eindigt op het moment waarop de AOW-leeftijd wordt bereikt (door degene die de alimentatie ontvangt). De duur is dan maximaal 10 jaar.
  • huwelijken met jongen kinderen onder de 12 jaar. In deze situatie loopt de verplichting om partneralimentatie te betalen door totdat het jongste kind 12 jaar wordt. Dit betekent in theorie dat er dan maximaal 12 jaar betaald dient te worden.

Er geldt nog een uitzondering welke vervalt na een aantal jaren en wel de volgende. Degenen die 50 jaar en ouder zijn en die langer dan 15 jaar gehuwd zijn hebben recht op 10 jaar partneralimentatie. Deze uitzondering vervalt in 2027. Deze nieuwe wet treedt – naar verwachting – in werking op 01-01-2020. Het is belangrijk zich te realiseren dat deze wet alleen geldt voor zogenaamde “nieuwe gevallen”. Als er al een procedure (bijvoorbeeld een echtscheidingsprocedure) is gestart of als er al een bijdrage is vastgesteld door de rechter, blijft de oude termijn van maximaal 12 jaar gelden.

Over de werking van de nieuwe wet is natuurlijk nog niet veel bekend. Er zijn nog geen uitspraken gedaan door de rechtbanken. Er is dus ook geen zgn.  “jurisprudentie”. De tijd zal het leren.

Hoe werkt het in de praktijk? Wilt u weten of het voor u verstandig is om toch nog in 2019 een verzoekschrift in te dienen om zo onder het oude systeem te vallen, neem dan contact op met mw. mr. L.E. Swart.